III Rouw en de natiestaat

De aardbeving in Sichuan was niet alleen voelbaar in Beijing – honderden mensen renden in paniek het gebouw uit waar ik langs liep – ze houdt het hele land dagenlang in haar greep.

Opeens krijg ik vanuit Nederland te horen dat “China het zo goed doet” wat betreft hulp (vrienden ter plekke komen helaas met andere verhalen). Met name het verschil met de hulp na de orkaan in Birma, maar ook na orkaan Katrina in de VS, valt in het voordeel uit voor het Chinese regime. Er lijkt een kentering op te treden in de publieke opinie over China. Was het voorheen een land dat Tibet onderdrukte, nu is het een land ontwricht door een natuurramp met een dodental dat naar verwachting minstens 100.000 zal bedragen.

Deze verschuiving in de mondiale publieke opinie – de newsbar onder in het beeld van de Chinese televisie vermeldt dat Koningin Beatrix haar bewondering en steun heeft uitgesproken aan de Chinese regering – geeft helaas ook aan hoe oppervlakkig en makkelijk beïnvloedbaar deze opinie is. Want hoe kan een opinie over het Chinese bewind zo makkelijk en zo snel verschuiven?

Hoe wrang ook, de aardbeving komt daarmee op een goed moment voor de Chinese regering, zo lijkt het. Het helpt ook om de eenheid in het land zelf verder te verstevigen. De media spelen hier een belangrijke rol, in de drie dagen van nationale rouw waren alle TV kanalen gericht op de aardbeving. Overal hingen de vlaggen halfstok en kranten werden alleen in monochrome. Dit overigens tot ongenoegen van mijn lerares Chinees, die het allemaal wat teveel vond.

Maar de drie minuten stilte, op de minuut af een week na de aardbeving, was indrukwekkend. Ik was in Wudaokou – het universiteitsdistrict van Beijing – en stond daar samen met het personeel van een groot hotel. Auto’s en bussen stonden stil en claxonneerden. Een ritueel dat door heel China werd uitgevoerd, en dat vervolgens telkens weer op TV te zien was. Het bezorgde mij kippenvel.

Zie ook deze link naar de Danwei clip “Three minutes of noise”

Dagelijks bel ik met een bevriende Chinese journalist die naar het gebied is afgereisd. Zijn verhalen laten een beeld zien van de chaos, de onmacht en de paniek. Hierover vertelt hij: “Ik weet wel dat mensen vol met beperkingen zitten, en dat we in het normale dagelijkse leven allerhande mechanismen hebben ontwikkeld om deze beperkingen te verdonkeremanen. Bij een ramp als deze lukt deze maskerade niet meer, en dan zien we hoe irrationeel, chaotisch en tegenstrijdig mensen eigenlijk zijn.”

Het is verleidelijk om “het systeem” of “het bewind” als schuldige aan te wijzen, en wellicht gaat dit ook gebeuren de komende weken. Maar ik vermoed dat mijn vriend de spijker op zijn kop slaat bij zijn observatie dat een ramp als deze toch vooral het menselijke onvermogen naar boven doet komen. Een onvermogen dat noch een culturele, noch een nationale kleur heeft. Een universeel onvermogen.